- 30
- 60
- 120
Automatische horloges - met zelfopwindend mechanisme
Automatische horloges voorzien zichzelf van energie, terwijl ze om de pols gedragen worden. Hun geschiedenis gaat terug tot de 18e eeuw. Veel fabrikanten maken vandaag de dag zelf automatische kalibers voor hun polshorloges.
This page contains information about:
Hoogtepunten van automatische horloges
- De automatische opwinding tijdens het dragen zorgt altijd voor energie
- Milieuvriendelijk: het produceren en weggooien van batterijen is overbodig
- De Rolex Oyster Perpetual is een van de beroemdste automatische horloges
- John Harwood wordt gezien als de uitvinder van het automatische horloge
- Automatische horloges zijn er in bijna elk prijssegment
Automatische horloges - altijd bij de tijd
Automatische horloges hebben een duidelijk voordeel ten opzichte van tijdmeters met een handopwindkaliber: ze winden zelfstandig op door bewegingen van de arm en pols. Een slingergewicht is verantwoordelijk voor het opwinden van het kaliber. Tegenwoordig wordt hier meestal een rotor voor gebruikt. Die is beweeglijk gepositioneerd, zodat hij door de zwaartekracht richting het middelpunt van de aarde beweegt. Als uw arm en horloge bewegen, draait de rotor aan de binnenkant van de behuizing en windt het uurwerk op. Een horloge met automatische opwinding heeft geen batterij nodig. Daarom zijn mechanische horloges, waartoe de automatische horloges behoren, milieuvriendelijker dan andere horloges.
Vrijwel elk bekend horlogemerk maakt automatische horloges. De uiteenlopende prijzen passen bij elke portemonnee. Voordelige modellen hebben aan de binnenkant vaak een basiskaliber van ebauche-fabrikanten zoals ETA, Soprod of Sellita. De verschillende horlogefabrikanten gebruiken ze in meer of minder bewerkte vorm in hun horloges. Ook fabrikanten van naam zoals Breitling en TAG Heuer vertrouwen op deze kalibers. Inmiddels hebben beide fabrikanten ook zelfstandig ontwikkelde manufactuurkalibers in hun portfolio.
Tot de bekendste horlogemanufacturen behoren Rolex en Patek Philippe. In tegenstelling tot vele andere fabrikanten gebruiken de beide ondernemingen uit Genève geen basiskalibers van ebauche-fabrikanten voor hun horloges. Het Rolex-kaliber 3130 staat bijvoorbeeld bekend als zeer robuust, betrouwbaar en nauwkeurig. Daarom is het volgens horlogemakers een van de beste automatische kalibers op de markt. Het tikt onder andere in de Submariner. Rolex is verantwoordelijk voor vrijwel het gehele productieproces. Dit is zeer ingewikkeld en secuur werk. Daarom zijn de prijzen van een automatisch horloge met een manufactuurkaliber hoger.
Aankooptips voor automatische horloges
Als u op zoek bent naar een automatisch horloge, dan heeft u een scala aan mogelijkheden: groot of klein, sober of elegant, voordelig of duur. De keuze is dermate groot dat er voor elke smaak en portemonnee wat te vinden is. Gedragen automatische horloges van Citizen, Seiko of Swatch koopt u al voor ongeveer 50 euro. Deze exemplaren hebben meestal alleen drie wijzers voor uren, minuten en seconden. Veel horloges hebben ook een datum- of een day date-weergave.
In het prijssegment tussen 100 en 200 euro vindt u diverse ongedragen automatische horloges van bijvoorbeeld Seiko of Fossil. Tot 500 euro zijn er gedragen exemplaren van traditierijke fabrikanten als Tissot, Hamilton of Longines. Hetzelfde geldt voor de prijscategorie tot 1000 euro. In dit segment vindt u ook nieuwe modellen van de Duitse fabrikant Marcello C.
In het segment tot 1000 euro vindt u ook al gedragen modellen van Omega of Breitling. Ongedragen automatische horloges met drie wijzers zijn er bijvoorbeeld van Oris, Raymond Weil of Rado.
Voor een gedragen automatische chronograaf, oftewel een horloge met een stopwatchfunctie, moet u minstens 500 euro opzijleggen. Deze zijn er onder andere van fabrikanten als Tissot of Hamilton. Ongedragen chronografen kosten een paar honderd euro meer en liggen met 800 euro nog in het lagere prijssegment. In deze tijdmeters tikt vaak de Valjoux 7750 van ETA. Dit uurwerk behoort tot de succesvolste chronograafkalibers ter wereld.
Als u op zoek bent naar een ongedragen automatisch horloge van Rolex, moet u minimaal rekening houden met een bedrag van 3000 euro. Voor deze prijs heeft u het instapmodel Oyster Perpetual in handen. Gedragen vintage-exemplaren van de manufactuur uit Genève vindt u zelden voor minder dan 1000 euro. De Submariner, een van de eerste en beroemdste duikhorloges ter wereld, is er gedragen vanaf ongeveer 4100 euro. Nieuw kost dit horloge ca. 5600 euro. De Daytona is de chronograaf van Rolex. Voor dit model bent u ongeveer 7500 euro kwijt.
Tot de duurste automatische horloges behoren modellen van Audemars Piguet of Patek Philippe. Deze exemplaren zijn vaak gemaakt van platina of 18-karaats goud en hebben talrijke diamanten op de wijzerplaat of de behuizing. Uiterst zeldzame vintage-horloges, die enorm geliefd zijn onder verzamelaars, zijn ook erg prijzig. Een bedrag van meer dan 1 miljoen euro is voor deze horloges niet ongebruikelijk.
De techniek achter automatische horloges
Bij een automatisch horloge windt de opwindveer, de energieopslag van een mechanisch horloge, zelfstandig op. Dit gebeurt tijdens het bewegen van het horloge. Door dit mechanisme hoeft de horlogedrager de veer niet handmatig op te draaien. Het opwinden wordt overgenomen door een slingergewicht, meestal een rotor. Die is beweeglijk gepositioneerd en beweegt door de zwaartekracht richting het middelpunt van de aarde. Het raderwerk geeft de energie door aan de veertrommel. Fysisch gezien zet het mechanisme kinetische energie in potentiële energie om.
Er zijn automatische uurwerken met eenzijdige of dubbelzijdige opwinding. De laatste variant heeft een zogenaamde wisselaandrijving. Die zorgt ervoor dat het slingergewicht de veer in beide richtingen opwindt. De eenzijdige opwinding draait wel in beide richtingen, maar windt de veer slechts in één richting op. Beide opwindvarianten beschikken over een reductiemechanisme. Het zet de snelle rotorbewegingen in langzamere bewegingen met een hoger slingermoment om. Het uiteinde van de opwindveer is niet direct met de veertrommel verbonden, zodat hij niet afbreekt bij volledige opwinding. Het uiteinde van de veer hangt aan een slipveer, die na het volledig opwinden langs de binnenkant van de veertrommel glijdt.
Automatische horloges bieden meerdere voordelen: ze zijn comfortabel, milieuvriendelijk en in de regel nauwkeuriger dan handmatig opwindbare horloges. De hogere nauwkeurigheid komt door de voortdurend aangespannen veer die een constantere spankracht heeft dan een veer in een handopwindbaar horloge. Dit heeft een positieve uitwerking op de amplitude. De amplitude is de slingerwijdte, oftewel de maximale uitwijking van de balans tussen de evenwichtsstand en het keerpunt.
Technische kenmerken van automatische horloges
- Rotor windt de veer in de veertrommel op
- Voordelen: opwinden met de hand verdwijnt, milieuvriendelijk, nauwkeuriger
- Er zijn eenzijdig of dubbelzijdig opwindende automatische kalibers
De oorsprong van automatische horloges
De automatische opwinding behoort tot de belangrijkste en duurzaamste uitvindingen uit de geschiedenis van de horlogemakerij. Tegenwoordig behoort het mechanisme tot de meest wijdverbreide complicaties.
De oorsprong van de huidige automatische horloges gaat terug tot 1729. Abraham-Louis Perrelet verbeterde in de 18e eeuw het opwindmechanisme van zakhorloges. Vroeger werd een kleine sleutel gebruikt om het uurwerk op te draaien. Omdat de sleutel vaak zoekraakte, waren opwindsystemen zonder sleutel zeer gewild. Perrelet ging zo ver dat hij een zichzelf opwindend zakhorloge wilde ontwikkelen. Na ontelbare pogingen introduceerde hij in 1770 een automatisch horloge met een pendelslingergewicht dat tijdens het bewegen van het horloge op en neer ging. Daardoor spande het slingergewicht de opwindveer aan. Perrelet ontwikkelde ook een kaliber met een opwindrotor. Daarmee was het fundament voor de moderne automatische horloges gelegd.
Voorname heren droegen hun zakhorloges goed opgeborgen in hun jas, vest of broek. In hun zakken bewogen de tijdmeters nauwelijks. Daardoor leverde het slingergewicht niet genoeg energie voor de opwinding van het horloge. De tot op heden gebruikelijke kroonopwinding loste in de 19e eeuw het sleutelprobleem op. Automatische zakhorloges werden daardoor overbodig.
De eerste automatische polshorloges
De Franse horlogemaker Léon Leroy behoort tot de pioniers op het gebied van automatische polshorloges. Hij presenteerde al in 1922 een automatisch polshorloge. Een paar exemplaren uit deze kleine serie hadden zelfs een datumweergave, maar van serieproductie was bij Leroy nog lang geen sprake.
De Britse horlogemaker John Harwood maakte het automatische polshorloge geschikt voor serieproductie. Hij hield zich vanaf 1922 bezig met automatische uurwerken. Twee jaar later liet hij de automatische opwinding patenteren. Toen was de weg vrij voor de eerste in serie geproduceerde polshorloges met een automatisch kaliber.
Tot de eerste automatische polshorloges behoort de Oyster Perpetual. Rolex bracht het horloge in 1931 op de markt. Het is een van de weinige vroege modellen die de tijd doorstaan hebben en nog steeds gemaakt worden. De opwindrotor die de Oyster Perpetual aandrijft is tegenwoordig het belangrijkste onderdeel van ieder polshorloge met automatische opwinding.